De oorsprong van Silver Thursday
In de late jaren 1970 begonnen de Hunt-broers, Herbert en Nelson, aan een riskante missie om de zilvermarkt te beheersen, gedreven door hun overtuiging dat zilver een bescherming tegen inflatie was. Ze verzamelden enorme hoeveelheden fysiek zilver en futurescontracten, waardoor de zilverprijs omhoog schoot. Hun agressieve tactieken veroorzaakten echter een short squeeze, waarna de Amerikaanse overheid ingreep, wat leidde tot de beruchte "Silver Thursday"-crash. De Hunt-broers kregen juridische consequenties en hun marktmanipulatie liet een blijvende impact achter.
Basis
Herbert en Nelson, de zonen van oliemagnaat H.L. Hunt, erfden in 1974 het immense vermogen van hun vader. Ze waagden zich op de grondstoffenmarkt, in het bijzonder zilver, met een unieke strategie. De Hunt-broers voorzagen dat de snel stijgende inflatie zilver tot een veilige haven zou maken, vergelijkbaar met goud. Nelson Hunt geloofde met name dat beleggingen in papieren valuta door inflatie in waarde zouden dalen.
Hun aanpak bestond uit het kopen van fysiek zilver en futurescontracten, een belangrijke afwijking van de gebruikelijke praktijk om futurescontracten in contanten af te wikkelen. In plaats daarvan namen de Hunts levering van fysiek zilver, vergaarden ze aanzienlijke zilvervoorraden en gebruikten hun enorme contante middelen om nog meer futurescontracten te verwerven. Deze onophoudelijke koopgolf deed de zilverprijs uiteindelijk boven $50 per ounce uitkomen.
Om hun impact te vergroten leenden de Hunt-broers bovendien zwaar, waarbij ze de reputatie en financiële stabiliteit van hun familie gebruikten om leningen tegen gunstige voorwaarden te krijgen. Ze wisten ook welvarende investeerders wereldwijd te overtuigen zilver en futurescontracten te kopen, waarmee ze hun middelen effectief bundelden om de zilverprijs verder op te drijven.
Het Ontstaan van een Short Squeeze
Toen de Hunt-broers hun koopwoede voortzetten, verminderden ze de beschikbare zilvervoorraad op de markt aanzienlijk. Dit, in combinatie met hun onophoudelijke aankopen, dreef de zilverprijzen nog hoger. Op de grondstoffenmarkt bestaan zowel long- als shortposities, maar in dit geval waren shorts in de minderheid. Er ontstond een short squeeze toen de Hunts bleven accumuleren en levering van futurescontracten ontvingen, waardoor hun positie een verbijsterende $4,5 miljard bereikte.
Hoewel sommige mensen hun zilverservies en munten verkochten om te profiteren van de hoge zilverprijzen, controleerden de Hunts meer dan tweederde van de zilvermarkt via futurescontracten, waardoor er weinig ruimte voor anderen overbleef.
Overheidsingrijpen
Bezorgd over de manipulatie van de nationale zilverreserves door de Hunts, nam de Amerikaanse overheid maatregelen. Het feit dat deze marktafbakening ook beleggers uit het Midden-Oosten betrof, voedde de overheidscontrole extra vanwege de recente oliecrisis van de jaren 1970. Federale grondstofregulatoren voerden speciale regels in om de uitgifte en verkoop van nieuwe longposities in zilverfutures te stoppen, en schortten tijdelijk de gebruikelijke regels van de grondstoffenmarkt op. Deze stap maakte het de Hunts onmogelijk hun posities verder uit te breiden.
Met de longposities bevroren begonnen de zilverprijzen te dalen. Margin calls, vereist door de leningen, begonnen de reserves van de Hunt-broers aan te tasten, wat leidde tot dagelijkse betalingen van miljoenen voor margin calls, opslagkosten en rente. Om hun situatie verder te verergeren drong de Federal Reserve er bij de banken op aan te stoppen met het verstrekken van leningen voor speculatieve activiteiten. Het krediet van de Hunts droogde vervolgens op, waardoor er zorgen ontstonden dat ze niet aan marginverplichtingen konden voldoen met nieuwe leningen, wat mogelijk een bredere financiële crisis zou veroorzaken.
Op "Silver Thursday", 27 maart 1980, faalden de Hunt-broers in het voldoen aan een margin call, wat een marktcrash veroorzaakte. Zilver stortte in van een piek van $50,35 naar minder dan $11 per ounce.
Nasleep en Juridische Gevolgen
In de nasleep van hun marktmanoeuvre overwoog de overheid een reddingsoperatie om systemische instabiliteit te voorkomen. Deze optie werd echter verworpen om niet als steun voor risicovolle financiële speculatie te worden gezien. De Hunt-broers kregen uiteindelijk een private reddingsoperatie van een consortium van banken en bedrijven, die hen behoedde voor volledige financiële ondergang.
Vervolgens werden Herbert en Nelson Hunt geconfronteerd met hoorzittingen in het Congres, juridische aanklachten, boetes en faillissementsprocedures. Het duurde bijna een decennium voordat ze hun zilverposities afwikkelden en hun verplichtingen aan schuldeisers voldeden, waardoor ze aanzienlijk armer werden, hoewel nog steeds rijk vergeleken met de meeste normen.
Conclusie
Opzettelijk of niet, de poging van de Hunt-broers om de zilvermarkt te beheersen creëerde een speculatieve bubbel die een diepe impact op het financiële systeem had. Deze episode herinnert eraan dat overmatige euforie in welke markt dan ook, of het aandelen, grondstoffen zoals zilver of onroerend goed betreft, ernstige gevolgen kan hebben. Uiteindelijk kan marktmanipulatie terugkomen om degenen die eraan deelnemen te achtervolgen en blijvende consequenties veroorzaken voor zowel individuen als de financiële industrie.